Toelichting
De provincie is het bevoegd gezag voor het aanwijzen en normeren van regionale waterkeringen. De provincie Noord-Holland heeft besloten dat de normeringen van regionale keringen opnieuw beoordeeld moeten worden. De toenemende ruimtelijke ontwikkelingen in de provincie kunnen namelijk zorgen voor hogere schade en meer slachtoffers bij een overstroming (verhoogd overstromingsrisico). Ook nieuwe inzichten rondom overstromingsscenario’s, klimaatverandering en het berekenen van directe en indirecte schade, vragen om een periodieke herijking van de normen van de keringen. In 2022 is de provincie hier samen met onder andere de waterschappen mee gestart. De beoogde einddatum is 1 januari 2025, zodat de normen op orde zijn bij de start van de nieuwe toetsronde (2025–2036).
Om het toezicht op de taken van de waterschappen over de regionale keringen op eenzelfde manier in te vullen, zijn er op het niveau West-Nederland afspraken gemaakt tussen drie provincies (Zuid-Holland, Utrecht, Noord-Holland) en acht waterschappen. Deze zijn vastgelegd in het Uitvoeringsbesluit regionale waterkeringen West-Nederland 2014. De afspraken betreffen de aanpak van de toetsing en een verbeteringsprogramma in de periode van 2015 tot 2024. Voor de periode hierna is een nieuw Uitvoeringsbesluit nodig tussen de provincies en de waterschappen. In 2022 begon de provincie samen met de twee andere provincies aan een traject dat leidt tot een nieuw Uitvoeringsbesluit voor de periode na 2024.
In 2022 zorgde de provincie voor naleving van de gemaakte afspraken van het uitvoeringsbesluit. De provincie besprak de voortgangsrapportage van de waterschappen, en beoordeelde en bekrachtigde deze met een goedkeuring door Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten.
Ook al zijn de waterkeringen op orde, Limburg heeft in 2021 laten zien dat een overstroming nooit is uit te sluiten. In Noord-Holland Noord begon de provincie met de crisispartners aan het uitwerken van een nieuw samenwerkingsprogramma watercrises. Zodat we ons nog beter kunnen voorbereiden op overstromingen.
Verder nam de provincie Noord-Holland haar verantwoordelijkheden in landelijke samenwerkingen op het gebied van regionale keringen. Zo speelden er landelijk discussies over een nieuwe veiligheidsbenadering voor regionale keringen, de implementatie van de Omgevingswet, de evaluatie van de Waterwet en het toepassen van een zorgplicht voor regionale keringen. Al deze onderwerpen zijn samen met de overige provincies, waterschappen en Rijkswaterstaat verder uitgewerkt in het Ontwikkelprogramma Regionale Keringen III (ORK III). Andere belangrijke onderwerpen waren: de meerlaagse veiligheid en de kennisontwikkeling als het gaat om de toetsing van dijken, kunstwerken en niet-waterkerende werken. De provincie participeerde in het begeleidingsteam Visie en in de werkgroepen veiligheidsbenadering en zorgplicht binnen ORK III. Ook was de provincie een van de trekkers van het IPO-waterveiligheidsberaad en participeerde de provincie, zowel ambtelijk als bestuurlijk, namens alle provincies in de Stuurgroep Management Watercrises en Overstromingen (SMWO).
Ook in 2022 is de provincie Noord-Holland in al deze gremia erg actief geweest. De provincie was samen met het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier de trekker van een landelijke pilot omtrent de mogelijke invoering van de zorgplicht voor regionale keringen. De provincie was gastheer van de STOWA-kennisdag Regionale Keringen en leverde ambtelijk de voorzitter van de Landelijke Database Overstromingsinformatie (LDO).