Overzicht van baten en lasten en toelichting

Lasten
1. Beschermen en ontwikkelen van NNN en Natura-2000 gebieden – 5.1.1            
De volgende onderwerpen verklaren het verschil:
a. Voor Specifieke uitkering (SPUK) L16 Programma Natuur is een bedrag van € 1,3 miljoen minder uitgegeven, dit heeft betrekking op de volgende onderdelen:

• Grondaankopen van € 2,1 miljoen zijn geraamd als last, maar konden geactiveerd worden als investering in Materiële vaste activa (Gronden en terreinen) (€ 2,1 miljoen minder lasten). Deze investering is in 2022 gefinancierd met de subsidie van regeling L16;
• Hogere lasten voor Watercrassula Texel omdat er in de buurt van de oorspronkelijke besmetting een tweede besmetting gevonden is en die is meteen meegenomen in de bestrijding (€ 615.000 meer uitgegeven).
• Enkele projecten (bijv. Moerasvogels) zijn eerder opgestart dan vooraf verwacht (€ 150.000 meer uitgegeven).

b. Voor de projecten in de reserve Groen:

• Hogere lasten van € 288.000 bij project Waal en Burg door een voortvarende uitvoering, vooral veroorzaakt door het droge najaar;
• Voor het groenproject Groene Schakel zijn werkzaamheden voor onder andere beplanting later gestart. Dat veroorzaakt lagere lasten van € 392.000;
• Lagere lasten van € 300.000 in het project ‘De Vlotter’ bij dit project kon de aannemer vanwege gunstige omstandigheden het project uitvoeren voor een lager bedrag dan geoffreerd. Dit kwam o.a. omdat de aannemer een locatie had die dicht bij ‘De Vlotter’ lag waardoor de afvoer van grond financieel voordelig uitgevoerd kon worden.
• Tegenvallers in de uitvoering van diverse projecten als Faunapassages A1 en Maxisweg, schil Naardermeer en 'verbinden en ontsnipperen' leiden tot lagere lasten van in totaal € 880.000.   

c. In de reserve verleende subsidies OD 5.1.1 hebben de hogere lasten (€ 616.000) te maken met de subsidie aan Staatsbosbeheer (SBB) uit de Uitvoeringsregeling Natuurherstelmaatregelen 2022 omdat het SBB toch gelukt is om al in 2022 te starten met de uitvoering hiervan.
d. Overige afzonderlijke verschillen zijn kleiner dan € 250.000 (€ 159.000).

2.  Programma Groene uitweg uitvoeren-  5.1.2

De uitgaven van de Groene Uitweg betreffen vooral subsidies. Er zijn minder subsidies aangevraagd omdat van een aantal projecten de voorbereiding en afstemming met partners en andere projecten meer tijd heeft gekost. Daarnaast is een enkel project gesplitst in delen en vindt subsidieverlening over meerdere jaren plaats (i.p.v. 1 jaar).

3. Tegemoetkoming faunaschade uitkeren- 5.2.4

Op basis van recente informatie vanuit BIJ12/Faunafonds wordt verwacht dat de te betalen schade en bijkomende lasten over 2022 uit gaat komen op een totaalbedrag van € 13 miljoen. Hiernaast hebben we in 2022 nog een nabetaling over 2021 ontvangen van € 0,5 miljoen zodat de uitgaven in 2022 uitkomen op € 13,5 miljoen en we hogere lasten hebben van € 1,2 miljoen.

4.  Bijdragen aan regionale samenwerking t.a.v. groen - 5.3.2

Grondaankopen van € 1,9 miljoen zijn geraamd als last, maar konden geactiveerd worden als investering in Materiële vaste activa (Gronden en terreinen). Deze investering is in 2022 gefinancierd met de subsidie van regeling L10.
Daarnaast is een bijdrage van € 288.000 aan de provincie Zuid-Holland ten behoeve van het VIP-NL-programma (Veeninnovatieprogramma-Nederland) doorgeschoven naar 2023. De reden hiervoor is dat de overeenkomst tussen Utrecht, Zuid-Holland en Noord-Holland pas in december is ondertekend.

5.  Capaciteitskosten

Voor de toelichting op de capaciteitskosten van programma 5. Groen wordt naar de toelichting in paragraaf Bedrijfsvoering verwezen.
Baten

1.  Beschermen en ontwikkelen van NNN en Natura-2000 gebieden – 5.1.1

Een nadeel van € 239.000 wordt veroorzaakt door het groenproject Groene Schakel (project voor derden). Omdat daarvoor minder uitgegeven is hebben we hier ook minder baten voor ontvangen.
Overige afzonderlijke verschillen zijn kleiner dan € 250.000 (€ 210.000).

2.  Gebiedsprogramma Laag Holland uitvoeren - 5.1.4

Deze Baten hebben betrekking op de subsidies die we eerder (in het jaar 2020) ten laste van de reserve Laag Holland gebracht hadden en we in 2022 alsnog ten laste van de SPUK (Specifieke uitkering) regeling Vitaal Platteland (L7) brengen.
3. Bijdragen aan regionale samenwerking t.a.v. groen – 5.3.2                  
Dit heeft te maken met de Specifieke uitkering (SPUK) L10 impulsgelden bodemdaling (zie ook Lasten nr. 4).
Stortingen

1. Beschermen en ontwikkelen van NNN en Natura-2000 gebieden – 5.1.1

De volgende onderwerpen verklaren het verschil:

a. Lagere storting reserve Kapitaallasten Groen

In 2022 zijn minder projecten gerealiseerd. Dit heeft ook gevolgen voor de onttrekking uit de Reserve Groen, die is verlaagd met € 394.000.

b. Hogere storting reserve Groen

Een hogere storting van € 293.000 komt door een hogere opbrengst bij de verkoop van de Strategische Gronden Groen (SGG), ook wel BBL&PASO gronden genoemd. Een pachter heeft een eerste recht van aankoop gelicht waardoor er onverwachts nog enkele percelen zijn verkocht in 2022.

c. Lagere storting in reserve verleende subsidies OD 5.1.1

Uit de UVR Natuurherstelmaatregelen is het in 2022 niet meer gelukt om de subsidie van € 2,3 miljoen aan Waternet AGV te verstrekken en de subsidie aan Staatsbosbeheer is € 548.000 lager uitgevallen. De storting in deze reserve vanuit de reserve Groen is hierdoor € 2,9 miljoen lager uitgevallen.
Onttrekkingen

1.  Beschermen en ontwikkelen van NNN en Natura-2000 gebieden – 5.1.1

Er is een lagere onttrekking van € 6,8 miljoen uit de Reserve Groen. Dit heeft onder andere te maken met de uitgaven op verschillende projecten zie lasten nr.1b en de stortingen nr. 1b en 1c.
Daarnaast was een hogere onttrekking van € 616.000 met betrekking tot de subsidie aan SBB (zie lasten nr. 1c.).

2.  Programma Groene uitweg uitvoeren - 5.1.2

Er zijn minder subsidies aangevraagd omdat van een aantal projecten de voorbereiding en afstemming met partners en andere projecten meer tijd heeft gekost (zie ook lasten nr. 2.).

3.  Programma Oostelijke Vechtplassen uitvoeren - 5.1.3

Binnen het programma OVP worden projecten uitgevoerd, zowel door de provincie als door de partners binnen het gebiedsakkoord. De provincie draagt financieel bij aan de projecten door derden. De bijdrage van de provincie per project wordt berekend op basis van een verdeelsleutel. In dit geval zijn de lasten die de partners hebben gemaakt lager uitgevallen dan begroot. Dat houdt in dat onze bijdrage ook lager uitvalt, aangezien deze procentueel is gekoppeld aan de lasten derden.

4.  Gebiedsprogramma Laag Holland uitvoeren - 5.1.4

De lagere onttrekking uit de reserve Laag Holland komt omdat we alsnog subsidies ten laste van de SPUK Vitaal Platteland (L7) gebracht hebben (zie ook baten nr. 2).